Oeps! De week van de poëzie is al bijna vergleden.
En ik, ik heb nog niks geschreven.
Niet over mijn werk, niet over vogels,
Niet over tractors of machtsspelletjes met kogels.
Laat ik dus nog gauw beginnen,
met een paar rijmelige en korte zinnen.
Zo kreeg ik tijdens een vergadering met gevarieerde leden,
blikken die ogen tot een zware frons deden kneden.
Toen ik vertelde: “Nee ik smartphone niet,
d’er is te veel dat mijn oog anders niet ziet.”
Luister, als ik op straat loop, dan ben ik graag vrij.
Mijn geest moet kunnen reizen, zonder digitale razernij.
Ik wil niet onzichtbaar getracet worden, geen reclame op mijn telefoon.
Geen registratie van waar ik heenga of waar ik woon.
Als ik affiches zie, met informatie die ik wil weten,
(ik zat in een communicatieoverleg, mocht de rode draad niet vergeten),
dan neem ik een foto, of stuur mezelf een bericht.
Eens thuis rijdt de informatiefreak in mij het gat wel dicht.
“Er zijn toch ook nadelen?” ‘tuurlijk, dat weet ik al lang.
Aan elke keuze zit een yin en een yang.
Maar met de maatschappelijke waanzin, erger met de dag,
Hoop ik dat nog lang gedeconnecteerd buitenkomen mag.
De reboot die je zonder smartphone krijgt,
is van een waarde die het praktische voordeel overstijgt.
Niemand moet mij volgen, ieder doet maar wat ie wil,
maar in de blikken aan de vergadertafel zag ik toch een verschil.
Zo, dat was het memorabelste uit mijn week.
Ik hoop dat je niet onder ’t gepreek bezweek.
Mooi gedicht, en nog net op tijd om bij de poëzieweek te horen. In de woordkeuze herken ik volledig Hilde met de eigen objectieve mening over alle communicatievormen en -media waarover onze omgeving beschikt. Mooi zo!
❤ Dankjewel voor je ‘objectieve mening’ ?